De zorg verandert. Er is minder tijd voor fysieke contactmomenten en digitale zorg wordt steeds belangrijker. In het licht van die ontwikkeling is één vraag essentieel: hoe houden we de zorg toch menselijk? Volgens lector Relationele Zorg Yvonne van Zaalen ligt het antwoord in een verschuiving van ons uitgangspunt. Namelijk van de vraag ‘Wat kan ik voor jou doen?’ naar de vraag ‘Wie kan ik voor jou zijn?’. Hierop gaat zij uitvoerig in tijdens haar intreerede op 30 januari.

“Binnen het lectoraat Relationele Zorg onderzoeken we hoe zorgprofessionals en patiënten elkaar goed kunnen begrijpen. Hoe zij steeds opnieuw goed kunnen afstemmen, zodat duidelijk wordt welke ondersteuning de client nodig heeft”, begint Yvonne. “Voor dat proces worden we, mede door de toenemende bevolking en het groeiend personeelstekort, steeds afhankelijker van technologie. Dat vraagt om een andere manier van naar de zorg kijken. Bijvoorbeeld dat we als patiënt niet meer direct bij de huisarts of fysiotherapeut aankloppen, maar eerst zelf aan de slag gaan met hulp van betrouwbare websites en online platforms. Voor zorgverleners geldt dat zij meer moeten gaan vertrouwen op patiënten en vooral ook op de technologie.

Warmer en menselijker

Dat vooruitzicht lijkt misschien onpersoonlijk, maar zo hoeft het niet te zijn. Integendeel, weet Yvonne. Als technologie meer ingaat op de inhoud van de zorg, kan de rol van de zorgverlener juist warmer en menselijker worden. Ze legt uit: “Zorg gaat vooral om aandacht: ervaren dat er iemand is, dat je ergens terechtkunt als dat nodig is. Daarom gaan we nu voor een consult van 10 minuten naar de arts: om te ervaren dat iemand ons ziet en met ons meedenkt. Maar een belangstellend WhatsAppje van die arts kan hetzelfde effect hebben. Verder kan technologie ook faciliteren dat er betere afstemming is tussen zorgverleners onderling voor meer efficiëntie. Zo kan een diëtist wellicht ook adviezen overbrengen van de ergotherapeut of verpleegkundige, of andersom. Eén vertrouwd gezicht is prettiger dan telkens een nieuw.”

Vertrouwen in de technologie én de mens

Voor een nieuw perspectief op de rollen en taken in de zorg, hebben zorgverleners wat uitdagingen te trotseren. Yvonne: “Allereerst moeten zij echt leren vertrouwen in de technologie. Als je telkens gaat checken of de informatie van apps of sensoren wel klopt, ben je alsnog veel tijd kwijt. Daarom werken we aan het integreren van zorgtechnologie in de verschillende zorgopleidingen van De Haagse. Een ander punt is vertrouwen hebben in de patiënt. Er leeft een hardnekkig misverstand dat mensen boven de 65 niet overweg kunnen met technologie. Dat is vaak niet eens waar. En in gevallen waarbij het wel waar is, betekent dat niet het einde maar juist een begin. Dan moeten we met elkaar kijken: hoe kunnen we wél aansluiten? Oog hebben voor ‘de patiënt in al zijn kleuren’ is daarom een belangrijke focus van ons onderzoek. Partijen als Pharos en Mens achter de Patiënt helpen ons hierbij.”

Focus op verbinding

De onderzoeksgroep van het lectoraat bestaat uit een mooie mix docentonderzoekers van de verschillende zorg- en welzijnsopleidingen. Yvonne: “Relationele zorg draait niet alleen om de relaties tussen professionals en hun patiënten, maar om alle relaties binnen een wijk of gemeenschap. Ook die tussen bewoners onderling of professionals onderling. Daarom vinden wij het belangrijk dat zorg- en welzijnsstudenten samen worden opgeleid en samen werken aan projecten. Dat kan door gezamenlijke projecten in verschillende wijken, die we ook samen met bewoners en andere partijen ontwikkelen. Oog voor elkaar hebben, met elkaar in verbinding staan en er voor elkaar zijn, daar draait het om. Dat is én blijft het belangrijkste in de zorg.”

Intreerede: 30 januari

Yvonne van Zaalen presenteert haar plannen voor het lectoraat uitgebreid tijdens haar intreerede op 30 januari. Geïnteresseerd?
Kijk op deze pagina voor meer informatie en aanmelding >>