Promoveren. Het idee heeft steeds vastere vormen aangenomen in je hoofd. Je weet ook al waarop je wilt promoveren. Je trekt de stoute schoenen aan en dient je PhD-onderzoeksvoorstel in bij de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) die jaarlijks promotiebeurzen voor leraren toekent. Dan is het wachten. Komt er iets van witte rook? Wanneer je dan bericht krijgt dat de NWO jou een promotiebeurs toekent, gaat de vlag uit. Dit jaar hebben maar liefst vier onderzoekers binnen De Haagse Hogeschool deze beurs gekregen. Voor hen begint een spannende tijd, vol wetenschappelijke uitdagingen. We stellen hen graag voor.

Ruben Boers: getriggerd door jongeren zonder verblijfspapieren

Ruben Boers is als docent Social Work verbonden aan het lectoraat Inclusive Education (kenniscentrum Global & Inclusive Learning). Hij wordt getriggerd door jongeren in Nederland zonder documenten of verblijfspapieren. “Dat zijn niet altijd afgewezen asielzoekers, maar ook jongeren die in Nederland zijn geboren en/of opgegroeid.”

Vleugels

“Tot hun 18e jaar hebben zij toegang tot onderwijs en andere maatschappelijke domeinen. Daarna worden zij uitgesloten. In mijn onderzoek beschrijf ik hun dilemma’s en successen, de betekenis van toegang tot onderwijs, huisvesting, inkomen en gezondheidszorg en de schade die maatschappelijke uitsluiting teweegbrengt.”
“Toen ik las dat de NWO mijn onderzoeksvoorstel wilde honoreren met een promotiebeurs, heb ik dat even stil op me in laten werken. Jaren van werk en inspanning voor een groep jongeren zonder stem kregen nu support van de NWO. Voor mij is dit een bevestiging dat ik bezig ben met een thema dat maatschappelijk, wetenschappelijk en educatief belangrijk is. Die support geeft mij vleugels. Tegelijkertijd besef ik dat een lang traject voor me ligt met een grote verantwoordelijkheid. Uiteraard heb ik die avond een fles champagne opengetrokken.” 

Mensenrecht

Over de maatschappelijke impact van zijn onderzoek zegt Ruben: “Ik streef ernaar dat hogescholen en universiteiten in Nederland hun onderwijs toegankelijk zullen maken voor ongedocumenteerde Nederlandse jongeren die voldoen aan de vereisten om op een instelling voor hoger onderwijs te studeren na hun 18e jaar. Daarmee krijgt de participatie van de jongeren vorm, werken we aan onze emancipatoire taak als onderwijsinstelling en bekrachtigen we het feit dat onderwijs een mensenrecht is.” Op dit onderzoek wil Ruben promoveren aan de Open Universiteit.

Matthijs Fleurke: voeding in het leven van oudere, kwetsbare mensen

Matthijs Fleurke is als docent Voeding en Diëtetiek verbonden aan het kenniscentrum Health Innovation. Zijn promotievoorstel heeft als titel ‘Diëtetiek en de multidimensionaliteit van voeding’. Voeding heeft allerlei dimensies. Matthijs: “De diëtetiek is onlosmakelijk verbonden aan gezond eten. Maar je wilt bijvoorbeeld ook dat mensen het lekker vinden wat ze eten.”

Complexer

“Ga je als diëtist andere dimensies van voeding inbrengen, dan wil ik onderzoeken in hoeverre die het werk van de diëtist complexer maken. Neem de kwetsbare oudere mensen. Voor diëtisten een grote doelgroep. Het overheidsbeleid is erop gericht hen zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Het kan bijvoorbeeld zijn dat de diëtist een tekort aan energie-eiwitten constateert bij een oudere. Dan kun je met de beste bedoelingen hun drinkvoeding voorschrijven. Dat zou hun gezondheid ten goede komen.”

Haaks op elkaar

“Maar veel ouderen vinden drinkvoeding absoluut niet lekker. Ze zijn al jaren een heerlijke warme maaltijd gewend. Overschakelen op drinkvoeding dóet wat met hen. Niet in positieve zin. Voor de diëtist kunnen dan verschillende voedingsdimensies – gezond, lekker, warme maaltijd, drinkvoeding – haaks op elkaar staan. Ik wil graag onderzoeken in hoeverre dit het werk van diëtisten lastiger maakt en hoe zij daarmee omgaan.”
Gevraagd naar de maatschappelijke impact van zijn onderzoek, zegt Matthijs: “Ik hoop dat mijn onderzoek eraan bijdraagt dat we beter snappen wat voeding betekent in het leven van oudere, kwetsbare mensen. Dat ik daardoor diëtisten en andere zorgverleners kan helpen de voedingszorg te optimaliseren.” Matthijs wil op dit onderzoek promoveren aan de Wageningen University & Research.

Sara Panahkhahi: hard-zacht interfaces gebaseerd op de natuur

Sara is als docent Werktuigbouwkunde verbonden aan het lectoraat Technologie voor Gezondheidszorg (kenniscentrum Health Innovation). Haar promotieonderzoek kan veel betekenen voor de zorgsector. Sterker nog: ook de automotive industrie, lucht- en ruimtevaart, de civiele techniek etc. kunnen hun voordeel halen uit het onderzoek van Sara Panahkhahi. 

De natuur inspireert

Al die sectoren maken steeds meer gebruik van zachte materialen. Ergens in het productieproces worden die verbonden aan harde materialen. Hoe ontwerp je een optimale verbinding tussen harde en zachte materialen? Sara: “Bij die vraag laat ik mij graag inspireren door de natuur. Dat noemen we biomimicry. Kijk eens naar je lichaam. In jouw gewrichten zitten prachtige hard-zacht-interfaces. Wat kunnen we van de natuur leren wanneer we hard-zacht-verbindingen ontwerpen voor bijvoorbeeld protheses om de mobiliteit van mensen te vergroten? Met biomimicry kunnen we op de natuur gebaseerde verbindingen ontwikkelen die sterk en duurzaam zijn en weinig gewicht hebben. Die de constructie van systemen een toegevoegde waarde geven, doordat ze stabieler en duurzamer zijn. Doordat ze minder CO2 uitstoten en minder afval opleveren.” 

3D-printtechnieken

Het zoeken naar de optimale hart-zacht-verbinding is voor Sara een uitdagend promotietraject. “Ik maak daarbij gebruik van geavanceerde 3D-printtechnieken met verschillende materialen.” Zij is erg blij met de NWO-beurs. “Ik zat in een meeting toen ik de e-mail van de NWO kreeg. Het duurde opeens heel lang tot die meeting was afgelopen. En daarna durfde ik de e-mail bijna niet te openen. Geweldig dat ik deze beurs heb gekregen. Dat ik nu echt door kan gaan met mijn promotieonderzoek.” Sara zal promoveren aan de Technische Universiteit Delft.

Miriam van der Werf: verstoringen opsporen in opname van micronutriënten 

Miriam van der Werf is als docent Voeding en Diëtetiek verbonden aan het kenniscentrum Health Innovation. In haar promotieonderzoek richt zij zich op mensen met een verminderde opname van voedingsstoffen. Omdat vitaminen, mineralen en spoorelementen slecht worden opgenomen, kunnen ze last krijgen van bijvoorbeeld spierkrampen of botontkalking. Miriam wil een tool ontwikkelen om die verstoringen op te sporen en om te komen tot een persoonlijk plan voor bloedonderzoek. Daarmee kunnen diëtisten hun behandeling personaliseren en optimaliseren.

Feestje

“Het was thuis spitsuur toen ik hoorde dat ik de NWO-beurs had gekregen. Daar zat ook nog eens een embargo op. Na een hele week wachten en zwijgen mocht ik het pas delen toen ik de beoordelingsbrief van de NWO had ontvangen. Dat was wel een aanleiding om met het team een klein feestje te vieren.” Een ander feestje kunnen de patiënten met malabsorptie vieren wanneer de bevindingen van Miriams onderzoek in hun behandeling worden toegepast. “Mijn onderzoek kan hun een betere kwaliteit van leven geven. Zij zullen mogelijk minder vaak een beroep doen op de zorg.”

Kennis verbreden

“De huidige richtlijnen zijn ontoereikend om tekorten of overschotten van micronutriënten vast te stellen en te behandelen. Wetenschappelijke inzichten zijn schaars. Als patiënten supplementen gaan gebruiken die niet specifiek op hun situatie zijn afgestemd, kan dat leiden tot korte- en langetermijncomplicaties en daardoor tot een vermindering van de kwaliteit van leven voor de toch al kwetsbare patiënten. Met valide wetenschappelijk onderzoek wil ik de kennis verbreden en een makkelijk toe te passen screeningsinstrument ontwikkelen. Risicopatiënten worden vroegtijdig herkend, de diagnose kan eerder worden gesteld en er kan direct een adequate behandeling worden gegeven.” Miriam promoveert Miriam promoveert bij het TPV- en darmfalenteam van het Amsterdam UMC aan de Universiteit van Amsterdam.