Een wondermiddel. Een bedreiging. Een kans. De platformeconomie wekt verwachtingen én doet wenkbrauwen fronsen. Martijn Arets is expert op dit terrein. Sinds 2012 verkent hij de opkomst van de platformeconomie in de wereld en sinds januari 2022 is hij verbonden aan het lectoraat Platformeconomie van De Haagse Hogeschool en aan de minor ‘Bouw je eigen platform’. Een kennismaking met het fenomeen platformeconomie én met een bevlogen bruggenbouwer.

Een economisch systeem waarin vraag en aanbod via een online platform bij elkaar worden gebracht. Zo kun je de platformeconomie in één zin typeren. Je vindt er een verkoper, potentiële kopers en een marktmeester die hen faciliteert én die de regels bepaalt. Zo’n platform kan de Marktplaats- of Uber-app zijn, de website voor maaltijdbezorging, de Airbnb-website of een app waar arbeidsplaatsen worden aangeboden en gevraagd.

Afhankelijk van onze keuzes

Martijn: “De platformeconomie popt vooral op in gefragmenteerde markten, waar sprake is van een informatieasymmetrie. Beide partijen hebben geen toegang tot alle informatie. Doordat een platform deze informatie bijeen brengt en het doen van transacties vereenvoudigt, kunnen de twee partijen elkaar op het platform vinden en zaken met elkaar doen.”

Dat de regels voor een bed & breakfast strenger zijn dan de regels voor Airbnb is een keuze

Platforms zijn niet per definitie voor iedereen goed, benadrukt Martijn. “Dat is afhankelijk van de keuzes die we met z’n allen maken. Neem Airbnb. Daar kun je zonder veel gedoe je logeerkamer aanbieden voor verhuur. Als mensen dat massaal doen, kan dat tot overlast leiden. De drempels van Airbnb zijn veel lager dan de drempels voor een bed & breakfast. Wil je die in de markt zetten, dan heb je eerst allerlei vergunningen nodig. Wil je eventuele Airbnb-overlast inperken, dan zal de overheid als hoeder van publieke waarden en democratische legitimiteit de platformkaders moet versmallen door meer regulerend op te treden.”

Misstanden zichtbaar maken

Een platform kan misstanden zichtbaar maken. “Neem thuisschoonmakers. Zij zitten in een kwetsbare positie. We geven ze vaak niet meer dan 15 euro per uur, terwijl je vanaf 28 euro per uur een redelijk bestaan kunt opbouwen. Maar niemand maalt erom, want schoonmaak is een gefragmenteerd en onzichtbaar landschap. Dus als samenleving hadden we de ‘luxe’ om ons hier jarenlang niet druk over te maken. Zodra je die markt op een platform centraliseert, wordt het wel zichtbaar en moeten we als samenleving wél een keuze maken hoe we deze groep kwetsbare werkenden behandelen.”

Kansen en valkuilen

De platformeconomie biedt kansen en heeft ook valkuilen. “Eerst de kansen. Waarom gaan mensen weg uit een organisatie? Minstens 50 procent doet dat, omdat ze te weinig regie krijgen over hoe ze binnen hun dienstverband hun werk kunnen organiseren. Op een platform kunnen mensen wel die regie pakken, waardoor ze weerbaarder en gelukkiger worden. Bovendien vergroot je de capaciteit. De fitte zestiger, net gepensioneerd, kan besluiten zich op het platform aan te bieden voor één dag per week in bijvoorbeeld de zorg.”

Natuurlijk zijn er ook valkuilen. Martijn: “Zo’n valkuil is dat we denken dat we er geen invloed op hebben. Dan zien de stakeholders, waaronder de overheid, ook niet de noodzaak om hun verantwoordelijkheid te pakken. Ook als gebruiker heb je invloed. Als Marktplaats geen gebruikers meer heeft, houdt het op te bestaan. Een valkuil is ook dat we de platformeconomie exclusief als een technologische ontwikkeling zien. Een platform moet juist mens en maatschappij centraal stellen en niet de techniek of het belang van de aandeelhouders.”

Het platform zet de gebruikers aan het roer, binnen de kaders die door de organisatie zijn gesteld

En de manager dan?

Meer regie bij de werkende: daar wordt een manager niet direct warm van. Martijn: “Tenzij die manager erkent dat bepaalde zaken lang niet zo zeker zijn als hij nu denkt. Heeft hij of zij écht controle over de werknemers? Kom nou, dat is een illusie. Als de manager dat erkent, is het makkelijker om los te laten. Binnen de kaders van een platform kunnen mensen weliswaar vrij hun gang gaan, maar als beheerder van het platform bepaal je wel de kaders. Misschien is er binnen een platform meer ‘controle’ mogelijk dan daarbuiten. Het platform zet de gebruikers aan het roer, binnen de kaders die door de organisatie zijn gesteld.”

Bruggenbouwer

Martijn is een bruggenbouwer en verbinder, ook bij het lectoraat Platformeconomie, onderdeel van het kenniscentrum Digital Operations & Finance van De Haagse Hogeschool. “Ik heb een uitgebreid extern netwerk. Vanuit die rol kan ik nieuwe vraagstukken adresseren, valideren en vervolgens doorzetten naar een onderzoeksprogramma binnen het lectoraat. Daarnaast doe ik eigen onderzoek, vooral in de kluseconomie. Ik heb KlusCV opgericht, een nieuwe standaard waarmee 50.000 platformwerkers toegang hebben tot hun eigen data. Op het onderzoek naar de meerwaarde daarvan, wil ik promoveren.”

Onafhankelijke rol lectoraat

“Het lectoraat heeft een onafhankelijke rol in de verbinding met de stakeholders in het werkveld. Het brengt die stakeholders bij elkaar. Het doet onderzoek in co-creatie en kijkt hoe de resultaten kunnen worden toegepast in het onderwijs. Die borging in het onderwijs vind ik erg belangrijk. Dat gebeurt nu al in de minor Bouw je eigen platform. Met studenten kunnen we onze bevindingen in de praktijk toetsen en de uitkomsten daarvan weer meenemen naar het lectoraat voor vervolgonderzoek.”